Dinsdag 13.04.2021
Joh. 3, 7-15
Nooit is er iemand naar de hemel opgeklommen, tenzij Hij die
uit de hemel is neergedaald, de Mensenzoon.
In die tijd zei Jezus tot Nikodémus:
“Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u:
gij moet opnieuw geboren worden.
De wind blaast waarheen hij wil;
gij hoort wel zijn gesuis,
maar weet niet waar hij vandaan komt, en waar hij heen gaat:
zo is het met ieder die geboren is uit de Geest.”
Nikodémus gaf Hem ten antwoord:
“Hoe kan dat geschieden?”
Daarop zei Jezus weer:
“Gij zijt een leraar van Israël en weet dat niet eens?
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u:
Wij spreken over wat Wij weten,
en Wij getuigen van wat Wij gezien hebben,
maar onze getuigenis aanvaardt gij niet.
Wanneer ge zelfs niet gelooft
als Ik u spreek over dingen, die op aarde reeds bekend zijn,
hoe zult gij dan geloven
als Ik u spreek over dingen, die nog in de hemel verborgen zijn?
Nooit is er iemand naar de hemel opgeklommen,
tenzij Hij die uit de hemel is neergedaald,
de Mensenzoon.
En deze Mensenzoon moet omhoog worden geheven,
zoals Mozes eens de slang omhoog hief in de woestijn,
opdat eenieder die gelooft
in Hem eeuwig leven zal hebben.”
Reacties
Een reactie posten
Plaats hier jouw reactie